Wetsvoorstel 'Meer zekerheid flexwerkers' ingediend bij de Tweede Kamer

Aantal keer gelezen:
 69
In Nederland werken ongeveer 985.000 oproepkrachten en 345.000 uitzendkrachten (Flexbarometer TNO/CBS, 2025). De overheid wil dat zij meer duidelijkheid krijgen over hun inkomen, werktijden en roosters. Daarom stuurde de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in mei 2025 het wetsvoorstel ‘Meer zekerheid flexwerkers’ naar de Tweede Kamer. Het plan is dat de wet op 1 januari 2027 ingaat. Het wetsvoorstel schaft het oproepcontract af. Ook verkleint de wet de verschillen tussen vaste banen en uitzendwerk. Tot slot komen er strengere regels om draaideurconstructies tegen te houden.

Wetsvoorstel meer zekerheid flexwerkers ingediend bij de Tweede Kamer 1

Wat betekent het wetsvoorstel voor werkgevers?

  • Uitzendkrachten krijgen hetzelfde loon als medewerkers met een vast contract;
  • Medewerkers met een tijdelijk contract krijgen sneller een vast contract;
  • Werkgevers mogen geen oproepcontracten meer aanbieden, zoals nulurencontracten.

Gelijk loon voor uitzendkrachten

Door het voorstel krijgen medewerkers die via een uitzendbureau werken meer rechten. Hun contract moet dezelfde afspraken hebben als dat van medewerkers met een vast of tijdelijk contract. Zoals afspraken over de rusttijden, voor overwerk of de nachtdienst. Nu weet een uitzendkracht vaak niet hoeveel uren hij of zij kan werken. Ook kan de uitzendkracht elke dag worden ontslagen. Die onzekerheid mag niet langer meer duren dan 1 jaar. Nu is dat nog 1,5 jaar. Op die manier zorgt het wetsvoorstel voor meer zekerheid voor uitzendkrachten. En voor minder misbruik van bijvoorbeeld arbeidsmigranten.

Geen draaideurconstructies meer onder wet ‘Meer zekerheid flexwerkers’

De overheid wil dat medewerkers met een tijdelijk contract sneller duidelijkheid krijgen over een vaste baan. Nu mag iemand maximaal 3 tijdelijke contracten krijgen. Vaak volgt daarna een pauze van 6 maanden, waarna een nieuw tijdelijk contract wordt aangeboden. Dit heet een draaideurconstructie. Om dit tegen te houden, mogen medewerkers straks pas na 5 jaar weer een tijdelijk contract krijgen. Voor seizoenswerk en studenten wordt de 5 jaar waarschijnlijk korter.

Wat als het nulurencontract verdwijnt?

Voor werkgevers betekent de nieuwe wet dat het nulurencontract en het min-maxcontract verdwijnt. In plaats daarvan komt er een bandbreedtecontract. Daarin spreken werkgever en medewerker altijd een minimum en maximum aantal uren af. Zo krijgt de oproepkracht zekerheid over de uren die hij of zij kan werken.

Voor jongeren, scholieren en studenten die een bijbaan hebben, gelden de nieuwe regels niet. De jongere moet dan wel onder de 18 jaar zijn. De scholier of student mag ouder zijn, maar dan moet de werkgever controleren of zij echt naar school gaan of studeren.

Met een bandbreedtecontract weet de medewerker van tevoren wat hij of zij elke maand verdient. Ook is het rooster eerder bekend. Want hoeveel uren de medewerker gaat werken, moet per kwartaal vooruit gepland worden.

De werkgever kan de medewerkers bijvoorbeeld in de eerste en derde maand meer inroosteren en in de tweede minder. Zo blijft het werk flexibel, maar is het loon elke maand gelijk.

 

In een bandbreedtecontract wordt een minimum- en een maximum aantal uren afgesproken. Het verschil tussen deze uren mag maximaal 130% zijn. Dit betekent dat bij een minimum van 10 uur het maximum 13 uur is. De medewerker mag een nieuwe oproep weigeren als hij al 13 uur gewerkt heeft. Als de medewerker vaker opgeroepen wordt boven het maximum afgesproken aantal uren, dan moet de werkgever een contract aanbieden met een hoger aantal uren.

WW-premiedifferentiatie

Nu vallen oproepcontracten onder de hoge WW-premie. De overheid wil het bandbreedtecontract voor onbepaalde tijd onder de lage WW-premie brengen. Let op: de WW-premie wordt hoger als de medewerker méér werkt dan het maximaal aantal uren. Als de medewerker meer uren werkt dan de 130%, dan betaalt de werkgever over dat deel van het loon een hogere WW-premie.

Hoe verder met het wetsvoorstel ‘Meer zekerheid voor flexwerkers’?

Het is de bedoeling dat de wet op 1 januari 2027 ingaat. Het deel dat gaat over gelijk loon voor uitzendkrachten, kan al op 1 juli 2026 van start. Dit kan omdat de uitzendsector zelf al gestart is met het gelijk loon. Wel moeten de Tweede Kamer en de Eerste Kamer het wetsvoorstel eerst nog bespreken en goedkeuren (Kamerbrief SZW, 9 juli 2025).

Veelgestelde vragen en antwoorden over dit onderwerp

Wat zijn flexwerkers?

Flexwerkers zijn mensen die geen vaste baan en vaste werkuren hebben, maar tijdelijk of op basis van een oproepcontract werken.

Wat is een oproepcontract?

Een oproepcontract is een arbeidsovereenkomst waarbij een medewerker alleen werkt als hij/zij wordt opgeroepen. Alleen de gewerkte uren worden betaald. Er zijn verschillende oproepcontracten, zoals nulurencontract of het min-maxcontract

Wat is een het nulurencontract?

Een nulurencontract is een oproepcontract zonder vaste werktijden. De medewerker werkt alleen wanneer de werkgever hem of haar oproept. Alleen de gewerkte uren worden betaald.

Wat is een min-maxcontract?

Een min-maxcontract is een arbeidsovereenkomst met een minimum en maximum aantal werkuren binnen een bepaalde periode. De medewerker heeft recht op het minimumaantal uren aan loon en kan extra uren werken tot het afgesproken maximum.

Wat is een bandbreedtecontract?

Een bandbreedtecontract is een contract waarin een minimum en maximum aantal uren per kwartaal wordt afgesproken. Het maximum mag niet meer dan 130% van het minimum zijn. Er moet altijd een minimum worden afgesproken, 0 uur mag dus niet. Het loon wordt gelijkmatig uitbetaald, ook als in een periode minder wordt gewerkt. Het contract geldt minimaal 1 jaar.

Wat is WW-premie?

De premie Werkloosheidswet (WW-premie) is een premie die de werkgever voor iedere medewerker aan de Belastingdienst betaalt. Door de WW-premie heeft een medewerker recht op een WW-uitkering als hij of zij werkloos wordt.

Wat wordt bedoeld met hoge en lage WW-premie?

Hoe hoog de WW-premie is verschilt. De werkgever betaalt een lage WW-premie voor medewerkers met een vast contract en een hoge WW-premie voor medewerkers met een flexibel contract.

Wanneer gaat de wet ‘Meer zekerheid voor flexwerkers’ in?

Het is nog niet helemaal zeker wanneer de wet in gaat. De Tweede en de Eerste Kamer moeten het wetsvoorstel nog bespreken. Omdat het wetsvoorstel al is ingediend bij de Tweede Kamer kan het misschien ingaan op 1 januari 2027.

Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Ondanks dat deze informatie met de grootste zorg is samengesteld, kan het gebeuren dat bepaalde informatie niet meer actueel is.

Terug naar overzicht Nieuwsberichten

Gepubliceerd op:
 
Meer weten over verzuim? Meld u aan voor één van onze nieuwsbrieven:

Ook interessant voor u:

  • Oorzaken en signalen van ziekteverzuim

    Oorzaken en signalen van ziekteverzuim

    Voordat uw medewerker zich ziek meldt, speelt er vaak al van alles. Als u op tijd de oorzaken van ziekteverzuim herkent en het gesprek met uw medewerker aangaat, kunt u verzuim voorkomen.
    Kennisbank
  • Bedrijven doen niet genoeg aan ziekteverzuimbeleid

    Ziekteverzuimbeleid onder de loep: helft van de bedrijven laat het liggen

    Maar 52% van de bedrijven heeft een schriftelijk ziekteverzuimbeleid (Arbeidsinspectie, 2024). Dat is zorgwekkend. Bedrijven zijn namelijk verplicht om een ziekteverzuimbeleid te hebben. Een beleid op papier geeft zowel werkgevers als medewerkers duidelijkheid over de rechten, plichten en verwachtingen bij ziekte. Bovendien vormt een goed verzuimbeleid de basis voor het voorkomen en verminderen van verzuim. Wat zorgt voor minder verzuimkosten.

    Nieuws